Friday, May 10, 2002

Management by E-mail

Planet MultiMedia 10 mei 2002

Het is 10 mei 2002, vier dagen na De Moord. Geen bagage ingecheckt, dus wachten bij de band hoeft niet. Al enige tijd beschik ik over een smart card waarop mijn irisscan is opgeslagen. Ook geen wachttijd bij de douane dus, pasje insteken, oog voor het venster en een minuut later sta ik buiten. Nederland is vaak traag in het oppakken van nieuwe ontwikkelingen, maar als we ons ertoe zetten, gaat het best snel.

Schiphol biedt draadloze breedband Internettoegang, en ik heb zo’n kaartje in mijn Pocket PC dus binnen de kortste keren ben ik op de hoogte van de nieuwste meningen en gebeurtenissen, ook die hebben plaatsgevonden tijdens de 13 uur die ik zojuist in het vliegtuig heb doorgebracht. Ook in Azie, waar ik net vandaan kom, heb ik alles op de voet kunnen volgen, mede dankzij een goede vriendin die mij 40 minuten (!) na de moord op de hoogte bracht van het gebeurde. Radio 1 op de PC-luidsprekers terwijl je werkt, journaalbeelden, alle dagbladen. Het logenstraft de stelling van velen dat Internet ‘just another medium’ is. Dat is het niet: het biedt een unieke combinatie van wereldwijde toegang en locale details, die geen ander medium te bieden heeft.

Maar intussen maak ik me zorgen. Ogenschijnlijk gaat het goed in Nederland, Paarse politici zeggen dat ze een geweldige regeerperiode achter de rug hebben. Maar ik zie aan een e-mail direct of de afzender ouder is of jonger dan, pakweg, 25 jaar. In het laatste geval stikt iedere zin van de spelfouten. ‘Zin’ gebruik ik daarbij in de brede betekenis van het woord – ik tel noodgedwongen ook woordenreeksen mee die gespeend zijn van iedere structuur. Kennelijk zijn we bezig een generatie van functionele analfabeten voor te bereiden op deelname en zelfs leidinggeven aan de maatschappij.

Aardig contrast, trouwens. Straks worden we geregeerd door functionele analfabeten die in ieder geval kunnen communiceren (bij e-mail en SMS is gebrek aan spelvaardigheid geaccepteerd), nu worden we geregeerd door functionele digibeten die wel kunnen spellen maar niet communiceren.

Dat laatste werd een paar weken geleden weer eens pijnlijk duidelijk toen een onderzoek uitwees dat de Nederlandse politieke partijen de beantwoording van brieven van kiezers niet hoog op de agenda hebben staan. Het meest veelzeggend was de reactie van de PvdA, die met een percentage van nul (!) het slechtst uit het onderzoek tevoorschijn kwam: ‘In verband met de verkiezingscampagne heeft ons partijbureau niet voldoende bezetting.’

Laat dat even op U inwerken. De PvdA kan e-mails van kiezers niet beantwoorden want ze hebben het te druk met de verkiezingscampagne...

Zijn ze nu helemaal van God los? “We zijn bezig met de verkiezingen dus we hebben geen tijd voor individuele kiezers.” Als iets weinig tijd kost, is het beantwoorden van e-mails. Als je weet hoe dat moet, tenminste.

Misschien ligt daar de verklaring. Nederlandse politieke partijen zijn de weg kwijtgeraakt. Amerikaanse politici hebben stuk voor stuk een staf die als eerste prioriteit het beantwoorden van e-mails heeft. Kok stond zich er tot voor kort nog op voor dat hij het verschil niet wist tussen een muis en een afstandsbediening. Toegegeven, zijn Amerikaanse collega Bush weet dat verschil waarschijnlijk ook niet maar Bush weet wel meer niet, dus dat tellen we even niet mee.

Onmiddellijk reageren en de taal spreken van de burger, dat is iets wat Pim Fortuyn heeft herontdekt en tot zijn podium gemaakt. En dan kunnen dingen erg snel gaan. In de vijf weken dat ik ben weggeweest, is Fortuijn opgeklommen tot de hhogste politieke toppen, en weer van het toneel verdwenen. Er was een idioot die vond dat Fortuyn het te bont maakte.

Fortuyn maakte het verschil. Welk verschil? Hij maakte een einde aan de stille terreur van ‘Politiek Correct’ (PC heet dat in Amerika). Pims initialen waren niet voor niet PF: Politiek Fout. PF zijn zonder echt fout te worden is een kunst, die Fortuyn na jaren oefening perfect beheerste. Hoe moeilijk dat is, heeft Roger van Boxtel ondervonden met zijn opmerking over ‘kut-Marokkanen’. Nog even oefenen, Roger.

Toen Fortuyn werd gevraagd hoe hij dan wel dacht te regeren, zei hij: ‘Management by speech’. Wie zal nu de speeches geven? Iedere halve zool die toe is aan een carriereverandering staat klaar om te surfen op de golven van Fortuyns succes.

Joep van den Nieuwenhuyzen heeft al een faxje vanuit Houston gestuurd. Tip voor Joep: stuur in het vervolg geen faxjes, maar e-mails. En als het journaille je vraagt of je in de voetsporen van Pim Fortuyn wilt gaan treden, dan zeg je, ‘Ja, maar ik heb mijn eigen inbreng: geen Management by Speech, maar Management by E-mail.’ Hoef je niet eens terug te komen uit Houston, een groot bijkomend voordeel wat mij betreft.

De verliezingscampagne wordt niet hervat. Geen probleem, want wie de uitspraken van de ‘gewone mensen’ beluistert, op straat langs de begrafenisroute maar ook in programma’s als Stand.nl, waar men per telefoon en in toenemende mate per e-mail reageert, hoort iets wat in jaren niet te beluisteren is geweest. Zinnige uitspraken van ‘toevallige omstanders’. PC zorgde ervoor dat mensen zich niet durfden te uiten en als je ze een microfoon voorhield, sloegen ze daarom maar onzin uit. PF maakt alle mogelijke meningen weer respectabel. Het Internet draagt bij aan verspreiding. Programmamakers, kijk naar het sucecs van Stand.nl: er moeten meer interactieve programma’s komen.

En de politieke partijen? Die moeten de weg terug zien te vinden naar de realiteit. Hoe? Ga weer in gesprek met anderen. Iedere vraag, iedere brief, iedere e-mail moet onmiddellijk en duidelijk worden beantwoord. Mankracht nodig? Uitzendbureaus zat. Geld nodig? Haal maar uit het afgelaste campagnebudget. Want als er iets duidelijk naar voren komt uit al de manifestaties en uitingen rond de dood van Fortuyn, is het dat: de kiezer wil weer serieus worden genomen.

Het Internet is een snelle leerschool. Een Internet-jaar is een maand in de werkelijke wereld. De klok tikt door. Ook voor politici.