Saturday, November 22, 2003

Creatief talent gezocht (al 30 jaar)

Planet MultiMedia 22 november 2003

“Technologie is de drijfveer voor verandering.” Het is de grootst mogelijke gemeenplaats geworden. Persoonlijk denk ik eerder ‘grootst denkbare vergissing’. Niet technologie is de drijfveer, maar de manier waarop technologie wordt toegepast.

Ik herinner me nog altijd mijn eerste kennismaking met de ‘Brave New World’ van IT. Het was 1975, en een hoogleraar vertelde ons over de Wet van Moore, toen 10 jaar oud, en over de gevolgen van de vergaande miniaturisering van transistors op chips. Hij merkte op dat deze veelbelovende ontwikkelingen onze maatschappij op termijn diepgaand zouden veranderen, maar eindigde met de historische woorden: “Vanaf nu is de beperkende factor niet meer de technologie zelf, maar onze creativiteit in het vinden van toepassingen.”

Dat sneed al hout in 1975, en wordt alsmaar relevanter. De afgelopen drie decennia brachten een overvloed aan nieuwe technologieën, en een schaarste aan levensvatbare nieuwe ideeën. De uitzondering die de regel bevestigt, zijn de wilde jaren 1996-2000, die we inmiddels kennen als de dotcom boom.

Maar in die jaren gebeurde het omgekeerde. Als er één periode was waarin de sterren ideaal stonden voor iedere creatieve geest (of halve zool – de scheidslijn is dun) die met nieuwe ideeën rondliep, dan was het toen. Goede ideeën alleen zijn niet genoeg. Ze moeten worden ingebed in goede industriële ontwerpen, of levensvatbare businessmodellen. En in geduld. De doorlooptijd van ontwerp tot marktacceptatie is langer dan snelle techies denken. Een recente studie laat zien dat het gemiddelde voor consumentenproducten zo’n acht jaar bedraagt.

Dat van die acht jaar is beslist niet overdreven. Internet bestaat al sinds 1969, in de vorm van voorganger Arpanet. Email is uitgevonden door Ray Tomlinson in 1971. Maar pas een jaar of twaalf later, met de komst van internetbrowser MOSAIC, vonden Internet en email hun weg naar de massa’s. En daarna heeft het nog een jaar of vier geduurd voordat de zaak echt op gang kwam. Om weer vier jaar later krakend tot stilstand te komen, overigens.

Sindsdien lijkt het alsof creatieve geesten een bedreigde soort zijn geworden. Een tijdje terug, in een interview met Business Week, verzuchtte technologiegoeroe Nicholas Negroponte nog dat zijn grootste angst voor de toekomst bestond uit slecht design en de ondergang van innovativiteit.

Negroponte heeft gelijk. In het kielzog van de dotcomplof heerst lethargie. Tech- en telecombedrijven die de crash hebben overleefd, zien langzaam maar zeker de enorme schuldenlasten verminderen. Maar nog altijd overheerst het gevoel dat ze zich geen vergissingen kunnen veroorloven, en ze gaaan risico's en nieuwigheden zo veel mogelijk uit de weg. De dotcoms zelf zijn failliet, of opgeslorpt door grote jongens die nu op de nieuwe winkeltjes passen. Silicon Valley probeert het spookstad-imago van zich af te schudden.

De vernieuwing weer aan de macht? Gemakkelijker gezegd dan gedaan. De wereld is ingewikkelder geworden. Tomlinson had in 1971 vijf of zes uur nodig om het hele email-protocol in elkaar te knutselen dat we vandaag de dag nog steeds met zijn allen gebruiken. Hij vond het handig om mailtjes te kunnen versturen, en hij had het terrein aan zichzelf. Anno 2003 zuchten we met z’n honderden miljoenen onder de spamplaag, en zullen jarenlange overlegstructuren nodig zijn om Tomlinsons erfenis zodanig aan te passen dat spambedrog wordt ingedamd.

WiFi, ook al zo’n mooi voorbeeld. Leuke uitvinding, en onmiddellijk vormt zich een menigte die denkt dat ze de kip met de gouden eieren hebben ontdekt. Eindhoven heeft in de hele stad gratis hotspots laten aanleggen, die bijna niemand gebruikt. Hadden ze kunnen weten: een half jaar geleden berichtte Schiphol dat het daar geinstalleerde gratis netwerk op een gemiddeld moment door zo’n 12 mensen werd gebruikt. 12! Hoeveel passagiers bedient Schiphol ook alweer? 30 Miljoen op jaarbasis of zo. Need I say more?

Nog altijd denken technologiebedrijven langs de lijn van ‘build it and they will come’. Sony introduceert een spelletjesmachine-annex-netwerkcomputer-annex-TV-annex-telefoon-annex-godweetwatnogmeer en denkt dat de wereld daar een paar duizend Euro per stuk voor over heeft. Philips kondigt een hartslagmonitor aan die je in je onderbroek kunt naaien, zonder zich af te vragen wat dat nu weer toevoegt.

En dan heb ik het nog niet eens over de mobieltjesfabrikanten. Die kun je tenminste niet verwijten dat ze de geest van de creativiteit terug in de fles hebben gestopt: ze hebben hem er zelfs nooit uit zien komen. Telefoonmobiliteit brengt grenzeloze mogelijkheden mee: de gebruiker hoeft zich niet meer druk te maken om zijn locatie en kan ongehinderd genieten van alles wat de moderne communicatie te bieden heeft: praten of schrijven, spelen of werken. Het is dan ook onbegrijpelijk dat al die tienduizenden overbetaalde briljante geesten bij die toko’s zich hebben laten overvallen door SMS, de eerste vernieuwing sinds het ordinaire gesprek.

Maar goed, een ezel stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen. SMS werkt kennelijk, dus we maken een minisprongetje en vinden SMS met plaatjes uit. Sindsdien volgen de duizelingwekkende vernieuwingen elkaar razendsnel op. Een camera met 200.000 pixels, eentje met 500.000 pixels, eentje met megapixels, een draaibare camera, nee maar, TWEE camera’s.

Zal ik het nog even herhalen? Praten, schrijven, spelen en werken. En niet gebonden aan locatie. Waarom heb ik nog nooit een hoorn gezien die thuis op het toestel ligt (en meteen opgeladen wordt) en als ik hem meeneem, zich gedraagt als een mobieltje? Werken doe je met een groot scherm. Als ik een apparaat met een echt scherm openklap, een laptop, tablet of handheld, waarom moet ik me dan nog vermoeien met de vraag of ik moet WiFi-en of met mijn mobiel moet inbellen. Waarom merkt mijn mobiel dat niet vanzelf, om vervolgens geruisloos de breedste verbinding te kiezen?

Alleen Nokia laat zien dat de geest nog niet helemaal terug in de fles is. Nokia beseft donders goed dat communicatietechnologie diep ingrijpt in menselijk gedrag, en dat je eerst een paar jaar geduldig moet kijken welke ontwikkeling gedragsveranderingen teweegbrengt en versterkt. Na een mislukt experiment met een juwelentelefoon – de Vertu, ooit van gehoord? – verrijken ze de markt nu met fotolijstjes en medaillons die met MMS-telefoons communiceren, zodat je met die stomme mobiele camera’s eindelijk iets zinnigs kunt doen: een foto context geven, zoals we dat inmiddels een jaar of hondertwintig gewend zijn. En de N-Gage is een spelcomputer waarmee je op korte afstand via Bluetooth multiplayer-spelltjes kunt doen, en op tele-afstand via GPRS. Welk deel daarvan aanslaat en welke combinatie marktrijp wordt: over drie jaar zullen we het weten. Nokia waarschijnlijk ietsje eerder.

Negroponte heeft nog een lesje voor ons in petto. Bij tijd en wijle klinkt hij misschien wat somber, maar pessimistisch is-ie zeker niet. Nee, er is een wederopleving op komst. Is er hoop voor Silicon Valley, de polder of de Finse wouden? Nee, onze vriend kijkt richting India en China. Daar komen in de toekomst de nieuwe toepassingen vandaan. Wie de laatste tijd in Chennai, Mumbai of Shanghai is geweest, wereldsteden in wording waar elke maand een nieuwe wolkenkrabber wordt bijgebouwd, en waar de atmosfeer bruist van ondernemerschap en ambitie, kan dat volmondig beamen.